De filmposter (rechts) laat al zien naar welke film ik zondagavond met Mervin ben geweest: World Trade Center. En van een film met die titel hoef ik niet uit te leggen wat de belangrijkste gebeurtenis is. 11 september 2001 staat nog op mijn netvlies gegrift en ik neem aan ook op dat van jullie. Toch heb ik (hebben wij) het maar van een afstand meegemaakt. De bizarre, onvoorstelbare beelden op de televisie van twee instortende torens, en de apocalyptische rookwolken boven Manhattan, hadden iets afstandelijks. Het leek niet echt. Het leek... een film. Ik denk dat daarom een film als deze zo aangrijpend is. Hoewel het een film is, brengt het de ervaring ironisch genoeg wat dichterbij. Doordat je meeleeft met mensen, die 's morgens hun vrouw gedag zeggen en gewoon naar hun werk gaan, wordt de ramp plotseling iets persoonlijks. Het ongeloof (een vliegtuig in het WTC? Dat kan toch niet?), de verwarring (is er één toren geraakt, of twee?) en de afschuw (het dwarrelende papier, de vallende mensen), plotseling voel je iets van de emotie van het moment. De ramp is trouwens op een integere manier in beeld gebracht. Er waren geen beelden van vliegtuigen die een gebouw instortte, geen close-ups van aan vensterbanken hangende mensen, en ook het instorten van de gebouwen werd alleen getoond op televisieschermen. De gebeurtenis krijgt ook nauwelijks of geen politieke lading in de film, er wordt niet eens genoemd wie er achter de aanslag zat.
Het is dan ook geen verhaal over de aanslag op zichzelf, het is een film over twee politieagenten die die dag overleefd hebben (waargebeurd). Terwijl een groep agenten zich klaarmaakt om gebouw 1 te evacueren stort het in. Vanwege de slimme beslissing van sergeant McLoughlin (gespeeld door Nicolas Cage) om naar de liftschachten te sprinten blijft een klein deel van de groep in leven. Maar ze zijn vastgepind onder zware blokken beton en metaal, overgeleverd aan nieuwe instortingen, inwendige bloedingen en dorst, en hebben geen idee of ook maar iemand naar hen op zoek is.
Ik heb het al eerder gezegd: ik heb iets met overlevingsverhalen. Ik las altijd artikelen in Het Beste (nu Readers Digest) over mensen die door rivieren werden meegesleurd, verdwaalden in de bergen of mijninstortingen doormaakten. Ik verslond boeken als Robinson Crusoë (over leven op een onbewoond eiland) of over leven na een atoomoorlog en schreef zelf zulke verhalen ook. Ik denk omdat in deze extreme situaties pas echt zichtbaar wordt uit welk hout een mens gesneden is. Als er niemand is om op terug te vallen, niemand die je kan helpen en je bent volledig op jezelf aangewezen. Wat doe je dan? Geef je de moed op, of overstijg je jezelf en probeer je tegen elke prijs te overleven? En tot welke hoogten van uithoudingsvermogen, kracht, moed en inventiviteit kan een mens stijgen? En zou ikzelf in dezelfde situatie net zo kunnen volhouden als de hoofdpersonen?
Die laatste vraag stelde ik mezelf ook bij het kijken van deze film. Om hoop te houden op redding, om wakker te blijven, terwijl alle hoop verloren lijkt, dat vraagt veel van een mens. Toch lukt het de twee hoofdpersonen om boven zichzelf uit te stijgen. En de film geeft daarvoor een reden (een reden die mij de hoop geeft dat ook ik zal kunnen volhouden in een moeilijke situatie zoals deze). Beide hoofdpersonen geloven in God. Op gegeven moment lijken ze begraven te worden en beide beginnen te bidden: de één het onze vader, de ander een 'vrij gebed'. En als de dorst wel erg nijpend wordt krijgt één van hen een visioen. Hij ziet Jezus. Overdreven? Een hallucinatie? Het geeft ze wel hoop om vol te houden en op redding te wachten. Tegelijkertijd krijgt een ex-marinier tijdens het bidden in de kerk de overtuiging dat hij naar New York moet gaan. Hij is degene die volhoudt met zoeken en uiteindelijk de twee agenten vindt. Toeval? Ik geloof van niet. Er is een God die van zijn kinderen houdt. Hij zorgt voor ze, ook al liggen ze onder zeven meter puin bedolven.
Maar al die andere doden dan? Die duizenden mensen die die dag stierven, zorgde God dan niet voor hen? Ik weet het antwoord niet. Er zullen veel gelovigen tussen hebben gezeten, maar ik ken de gedachten van God niet. In God geloven betekent namelijk niet dat je voor de ellende gespaard blijft. Tijd en toeval treffen immers allen, zegt Prediker. Maar ik geloof wel dat God erbij was en dat uiteindelijk heel zijn plan vervuld zou worden. De twee agenten die werden gespaard hadden kennelijk nog een rol te vervullen, al was het alleen maar voor hun families en kinderen. Maar ik geloof dat hun rol groter was. Hun getuigenis van hoop is krachtig.
Ik geloof niet dat nu alles gezegd is over 11 september. Door te focussen op twee mensen die het overleefden komt niet de hele impact van die dag en dat ongeluk over. Ik denk, als je deze film ziet samen met United 93, krijg je al een veel betere indruk. Maar verhalen over hoop zijn altijd goed. Zoals de trailer van deze film duidelijk maakt: "Die dag zag de wereld het kwaad, twee mannen zagen echter iets anders..."
[The image to the right shows which movie I watched last sundaynight with my friend Mervin: World Trade Center. And about a movie with this title I shouldn't have to explain what it is about. September 11th, 2001, is still burned into my retina and the same I think is true for you all. Still I (we) have only experienced this from a distance. The bizarre, unimaginable images on the television of two collapsing towers and apocalyptic clouds of debris over Manhatten were a bit removed from me. They didn't seem real. It looked like... a movie. And I think that's why a movie like this is as gripping as it is. Even though it's a movie it ironically bringt the experience closer to us. Because we, the audience, identify with common people, who say goodbye to their wifes in the morning and go off to work, the disaster becomes more personal. The disbelief (A plane crashed in the WTC? That's impossible!), the confusion (was one tower hit or both?) and the horror (the drifting bits of paper, the plummeting people), suddenly we feel a small bit of the emotion of that moment. The disaster itself is shown respectfully, by the way. No images of planes hitting buildings, no close-ups of people hanging from the windowsills, and the collapsing of the buildings was only shown on televisionscreens. The incident is not shown to be political in this movie, there's no mention of the perpetrators.
But then this is no story about the attack, it's a movie about two policeofficers who survived the day (true events). As a group of agents prepares itself to evacuate building 1, it collaps. Only because of the smart decision of sergeant McLoughlin (played by Nicolas Cage) to run to the elevatorshafts a small part of the group survives. But they are pinned by tons of concrete and steel, subjected to new cave ins, internal bleeding and thirst, without any clue that anybody is searching for them.
I've said this before: I'm fascinated by stories of survival. I always read articles in Readers Digest about people adrift at sea, lost in the mountains or buried by mineaccidents. I devoured novels like Robinson Crusoë (about live on on uninhabited island) or about life after the apocalyps, and I wrote these kind of stories myself. I think it's because only in these extreme situations it's really clear what people are made of. When there's nobody to turn to, nobody to help you and you're by yourself, what do you do? Do you despair, or do you overcome your limitations, trying to survive at any cost? And what levels of stamina, power, courage and inventiveness are possible for a human being? And how would I react in situations like these? Would I be able to persevere like the heroes of those stories?
I asked myself that last question as I watched this movie. To retain hope for salvation, to stay awake when all hope seems lost, that requires a lot from any person. Still the two protagonists succeed. And the movie suggests a reason for that (a reason that gives me the hope that I would also be able to persevere in a hard situation like this one). Both the protagonists believe. When they seem to be buried alive both begin to pray. One prays the Lords Prayer, the other starts calling out to God in his own words. And when the thirst is not bearable anymore one of them receives a vision. He sees Jesus. Embellishment? Hallucination? I don't know. But they both receive hope to hold on and wait for their rescuers. And at the same time an ex-marine while praying in church is convicted to travel to New Yourk. He is the one who keeps searching even at night and eventually finds the two lost agents. A coincidence? I don't think so. I believe there is a God who loves his children. He takes care of them, even when they are buried beneath seven meters of debris.
But all the other dead? The thousands who died that day, didn't God care for them? I don't know the answers. Many of those people were believers. Trusting God does not mean being spared the bad times. Time and coincidence get to everybody, to paraphrase Ecclesiastes. But I do believe God was present and that eventually his whole plan will be made complete. The two officers who lived still had a role to play on earth, if only to their families and children. But I believe their eventual role is larger. Their testimony of hope is powerfull.
Is everything said about 11 september now? I don't think so. By focussing on two survivors the whole impact of that day and that incident is not conveyed. I think that watching this together with United 93 will be a more complete impression. But stories about hope are always welcome. Like the trailer of the movie said: "That day the world saw evil, but two men saw something else..."
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment