Tovenaars beginnen niet als oude mannen met witte baarden en een puntmuts, maar als onstuimige jongens met passie voor zwaardvechten en contact met de hogere wereld. Althans, dat geldt voor de bekende tovenaar Merlijn in Merlin, het tweede boek van Stephen Lawheads The pendragen cycle. Ja, uiteindelijk gaat deze serie over koning Arthur, maar aan het eind van dit deel is die nog maar een kindje van twee. Lawhead heeft duidelijk grotere plannen: hij wil meer keltische verhalen en legenden samensmeden in één mythologie, samen met de legenden over atlantis, de heilige graal en de christelijke geschiedenis van Groot Brittannië. En voor mij is hem dat prima gelukt. De verhalen maken een authentieke indruk, vooral door de realistische beschrijving van het leven in het vijfde eeuwse Engeland en ik kan me haast niet voorstellen dat de werkelijke geschiedenis van koning Arthur anders is verlopen. Op een slimme manier combineert Lawhead uiteenlopende legenden, zoals de verhalen over 'Myrddin the Wylt', die als gek veertig jaar zich in een bos verschuilt, en de bekende Merlijn van koning Arthur. En een snelle zoektocht op online encyclopedie Wikipedia laat zien dat ook veel historische details in de verhalen kloppen: zo was er werkelijk een romeinse generaal Maximus, die keizer wilde worden, en bestonden werkelijk de koningen Vortigern, Aurelius en Uther. Dat maakt deze verhalen erg fascinerend.
Maar Lawheads boeken zijn niet alleen historisch interessant, ze maken de indruk van echte mythologie. De gebeurtenissen staan niet op zichzelf, maar maken deel uit van een groter geheel: de komst van het koninkrijk van de zomer. Oude mythologiën waren idealistisch: ze bevatten lessen over goden en lieten zien hoe mensen zich moesten gedragen, ze definieerden goed en kwaad en licht en duisternis. Hetzelfde vindt plaats in deze verhalen. Volgens een heel goede bespreking is Lawhead een onbeschaamde idealist in zijn manier van schrijven en heeft hij zich gewijd aan het creeëren van dramatisch en poetisch proza dat andere auteurs niet eens proberen. Het is duidelijk: Lawhead gelooft ergens in. En in dit boek komt het duidelijk naar voren. Er woedt een strijd om Yneis Prydein, het eiland van de sterken, een strijd tussen twee tegenovergestelde machten. De strijd speelt zich af op meerdere niveau's: tussen de christelijke monniken en een groep van de druïden, tussen Merlijn en Morgian en tussen de kelten en de saksen. Het is zichtbaar als de jonge Merlijn op een bijeenkomst van Druïden grote stenen in de lucht laat dansen, maar ook als hij na een groot verlies zich wanhopig verstopt in de bossen, overmand door de kracht van het kwade. Er is een strijd tussen goed en kwaad en iedereen in dit verhaal is daarin betrokken, niemand uitgezonderd. En wat dat betreft kan dit boek als illustratie dienen voor ons. Ook in ons leven is dit conflict altijd op de achtergrond aanwezig.
Maar het idealisme van Lawhead maakt hem niet blind voor de menselijke zwakheid. Merlijn is een held die kan falen, en die dat ook regelmatig doet. Zelfs tegen het eind van het boek, als hij al zo veel heeft doorgemaakt, vergist hij zich volkomen in zijn visie van de toekomstige koning van Engeland, wordt depressief en begaat een enorme vergissing. Toch is dat niet een belemmering voor de vervulling van zijn visioen. Voor God is hij niet uitgerangeerd als hij een fout maakt, God is groter dan onze beperkingen. Hij vraagt alleen of wij hem willen volgen, zoals Merlijn dat doet in dit verhaal.
Er zaten in dit verhaal meer mooie passages, ten eerste over ons verlangen naar de eeuwigheid (en dat is waar het op Tol Eressëa over gaat, tenslotte).
"Both the body and the spirit strain after the glory they rightfully possess, or will possess in time. But unlike the spirit, the flesh's hope is tenuous. Therefore, in those rare times when it senses the Truth - that it will be made incorruptible, that it will inherit all that the spirit owns, that the two shall become one - then in those rarest of moments, it revels in a joy too sweet for words."
En Lawhead geeft ook een mooi beeld van de kracht van verhalen:
"It came to me that the way to men's souls was through their hearts, not through their minds. As much as a man might be convinced in his mind, as long as his heart remained unchanged all persuasion would fail. The surest way to the heart is through song and story: a single tale of high and noble deeds spoke to men more forcefully than all of blessed Dafyd's homilies.
I have seen the humble forlk crowd into the chapel in the wood to receive the mass. In all sincerity they kneel before the holy altar, mute, reverent, as they should be, but also uncomprehending.
Yet, I have seen the eyes of their souls awaken when Dafyd reads out: "Listen, in a far country lived a king who had two sons..."
Perhaps it is how we are made; perhaps words of truth reach us best through the heart, and stories and songs are the language of the heart."
Ik ben niet de enige die dat doorheeft. Op een andere blog vond ik hierover ook een goed artikeltje. Het is trouwens precies wat de boeken van Lawhead doen. De waarheid komt erdoor tot leven.
[Wizards don't start out als old men with white beards and a pointy hat, but as wild boys with a passion for swordfighting and a link to the higher world. At least, that's how it is with the well known wizard Merlin in Merlin, the second book in Stephen Lawheads The pendragen cycle. Yes, ultimately this series is about king Arthur, but at the end of this part he is still only two years old. Lawhead clearly has larger plans: he wants to seal more keltic stories and legends together in one mythology, together with the legends about Atlants, the holy grail and the christian history of Great Brittain. And I think he has succeeded in that admirably. The stories seem authentic, largely because of the realistic description of life in fifth centruy England and I can hardly imagine the real history of king Arthur was anything different. In a clever way Lawhead combines widely ranging legends, like the stories about 'Myrddin the Wylt', who lived as a crazy man in a forest for forty years, and the more widely known Merlin of king Arthur fame. A quick search on the online encyclopedia Wikipedia learns that also many historic details in these stories are correct: there was a roman general called Maximus, who went to become emperor and the kings Vortigern, Aurelius and Uther really existed. That makes these stories fascinating.
But Lawheads novels are not only interesting from a historical point of view, they leave the impression of true mythology. The incidents are not coincidental, but are part of a larger whole: the coming of the kingdom of summer. Old mythologies were idealisitc: they contained lessons about gods and showed how people ought to live and they defined good and evil and light and darkness. The same is true for these stories. According to a very good review Lawhead is an unflinching idealist in his writing and is utterly committed in creating dramatic, poetic prose that other authors might not have the courage to attempt. It is clearly seen that Lawhead believes in something. It can be clearly seen in this novel. There's a battle raging for Yneis Prydein, the isle of the mighty, a battle between two opposing forces. The battle rages on different levels: between the christian monks and a group of druids, between Merlin and Morgian and between the kelts and the saxons. It can be seen when young Merlin at a meeting of druids makes large stones dance in the air, but also when after a great loss he is desperate and hides in the forest, overcome by the power of evil. There is a battle between good and evil and in this novel everyone is involved, no exceptions. In this the book can serve as an example for us. In our lives too this conflict is present in the background continually.
But I think Lawheads idealism doesn't make him blind to human weakness. Merlin is a hero who fails, and fails regularly. Even at the end of the novel, when he has come to so much, he can't discern who the future king of England will be, becomes depressive and acts misguidedly. But that all doesn't prevent the fulfillment of his vision. God doesn't put him aside when he makes a mistake. God is larger than our shortcomings. He only asks us to follow him, like Merlin does in this story.
The story contained more beautifull parts, one about our desire for eternity (the subject of this blog, is it not?).
"Both the body and the spirit strain after the glory they rightfully possess, or will possess in time. But unlike the spirit, the flesh's hope is tenuous. Therefore, in those rare times when it senses the Truth - that it will be made incorruptible, that it will inherit all that the spirit owns, that the two shall become one - then in those rarest of moments, it revels in a joy too sweet for words."
And Lawhead also paints a beautifull image of the power of myth:
"It came to me that the way to men's souls was through their hearts, not through their minds. As much as a man might be convinced in his mind, as long as his heart remained unchanged all persuasion would fail. The surest way to the heart is through song and story: a single tale of high and noble deeds spoke to men more forcefully than all of blessed Dafyd's homilies.
I have seen the humble forlk crowd into the chapel in the wood to receive the mass. In all sincerity they kneel before the holy altar, mute, reverent, as they should be, but also uncomprehending.
Yet, I have seen the eyes of their souls awaken when Dafyd reads out: "Listen, in a far country lived a king who had two sons..."
Perhaps it is how we are made; perhaps words of truth reach us best through the heart, and stories and songs are the language of the heart."
I am not the only one to have seen this. At another blog I found a good post on this subject. This is precisely what the novels by Lawhead try to do. They bring truth to life.]
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment