We doen even een inhaalslag vandaag. Ik heb vandaag vrij in plaats van vrijdag (moet wel naar een vergadering in Apeldoorn vanavond), en het is buiten grijs en regenachtig, dus kan ik weer mooi wat stukjes schrijven. Op dagen als vandaag zullen jullie, net als ik, ook wel behoefte hebben aan berichten over verre oorden en warme avonturen. Vorige week zag ik nog sneeuwklokjes en krokussen, maar vandaag lijkt de lente weer ver weg. Maar goed, gelukkig is William Horwood goed in het beschrijven van de seizoenen, van de weersveranderingen, van sneeuw, wind, dikke knoppen en bloemen. Helaas is de voorkant van Duncton Rising op dat gebied wat misleidend, want het verhaal speelt zich af in de herfst en de winter. Het blijft natuurlijk wel een mooie tekening, die op zichzelf al rust en vrede uitstraalt.
Ja, Duncton Rising is boek vijf in de serie, het tweede deel van The Book of Silence. De groep trouwe mollen die aan het eind van Duncton Tales bij elkaar kwam in de gangen van hoofdbibliothecaris Stour is nu uit elkaar gegaan, met allemaal hun eigen rol in de strijd tegen de Newborns, de sectarische mollen die ieder ander hun eigen interpretatie van De Steen willen opleggen. Chater en Fieldfare reizen af naar de mollengemeenschap van Avebury om te zien of daar nog trouwe volgelingen van De Steen te vinden zijn. Maar hun ontmoeting met een groep uitgehongerde vluchtelingen leidt tot een moeilijke beslissing en al snel moet Fieldfare zonder haar geliefde de leiding in handen (poten) nemen. Privet, Maple en Whillan zijn op weg naar Caer Caradoc, de thuisbasis van de Newborns, waar de sinistere Thripp een bijeenkomst heeft gepland waar over de toekomst van de mollengemeenschappen gesproken zal worden. Onderweg ontmoeten ze de opportunistische en nogal spraakzame Weeth, die hen waarschuwt voor de plannen van de Newborns. Quail, de boosaardige rechterhand van Thripp, gebruikt de bijeenkomst namelijk als dekmantel om eens en voor altijd met de volgelingen van De Steen af te rekenen. Tegelijkertijd blijkt Thripp niet zo sinister als zijn naam suggereert. Een ontmoeting in het verleden heeft hem namelijk diep veranderd. In Duncton ploetert bibliotheekshulpje Pumpkin ondertussen onder de kille blik van de nieuwe meester Sturne, gedwongen om mee te werken aan de vernietiging van waardevolle teksten. Maar zonder dat hij het weet, zijn zijn moed en trouwe geloof een inspiratiebron voor de kleine groep volgelingen die nog in Duncton is overgebleven. En in het hart van het oude systeem onder de steen wacht Stour, aan het eind van zijn krachten, op het juiste moment om de hulp van Pumpkin in te roepen.
Vooral in dit boek merkte ik het contrast met de eerste Duncton serie. Meer dan in die reeks leidt dit tweede deel aan het 'tweede deel syndroom', dat je ook vaak ziet in films. Net als in The Empire Strikes Back en The Two Towers is het gezelschap uiteengevallen in verschillende groepen, verspreid over het mollenrijk, die allemaal hun eigen reis moeten maken. En net als in die films gebeurt er van alles, maar is er geen werkelijke conclusie. Pas helemaal aan het einde zijn de mollen er klaar voor om de confrontatie aan te gaan. Dit boek voelde dus 'lichter' dan de andere Duncton verhalen. Wat daarbij ook meespeelde was de relatief korte periode die wordt beschreven: maar een paar maanden. De andere Dunctonverhalen schiepen de indruk van grotere tijdsperiodes, hele mollenlevens, en gaven de gebeurtenissen daarmee ook een zekere gewichtigheid. Hier is dat gevoel veel minder.
Maar natuurlijk heb ik het wel in één adem uitgelezen. Dit mag misschien een iets minder boek zijn vergeleken met de eerdere boeken, maar vergeleken met The Wheel of Time (vooral na deel drie) en verhalen van Terry Brooks en David Eddings, is dit een absoluut fantasy-meesterwerk, en een boek waarvan ik blij ben dat ik het heb gelezen. Ik heb in mijn vorige bericht al uitgebreid de loftrompet gestoken over Horwoods kwaliteiten als schrijver die emoties weet op te roepen. En dat doet hij ook hier. Het verhaal over Privets geschiedenis voor ze in Duncton kwam is echt ontroerend, net als de heldenmoed en twijfel van Pumpkin. En het verhaal eindigt in een rauwe belijdenis van de mol Rooster, de Meester van het Delven, die zichzelf is kwijtgeraakt in het duister, en een lang verwachte opstand in Duncton, waar het boek zijn titel aan ontleend heeft. Vooral omdat je als lezer zo in de karakters geinvesteerd hebt, zijn dit pagina's die zichzelf lijken om te slaan. En het doet je ook echt wat. De vragen die dit boek opwerpt over geloof, wetticisme, haat, liefde en genade zijn grotendeels dezelfde als in het vorige, maar opnieuw laat Horwood je deze dingen voelen en meebeleven, wat een heel andere ervaring is dan er alleen maar over na te denken. Zo vond ik het bijvoorbeeld schokkend dat de geloofsbelijdenis van de Newborns en hun liturgie zo leken op de apostolische geloofsbelijdenis en christelijke liederen. Dat heeft Horwood natuurlijk met opzet gedaan, en ik denk niet dat het terecht is om er zo'n negatieve, hatelijke interpretatie aan te geven zoals hij doet. Maar dan herinner ik me dat hij kennelijk genoeg negatieve ervaringen had met de kerk om het christendom vaarwel te zeggen en dan vraag ik me opnieuw af of dogma's zonder liefde wel iets waard zijn. Het is ook interessant hoe vrouwonvriendelijk de Newborns zijn. En ook daarin zit een paralel, niet alleen met de kerk, maar ook met andere dogmatische geloven zoals de islam. Iets om over na te denken en later nog op terug te komen (ik moet denken aan wat een vriend van me zei over de valkuil van het griekse denken, met de scheiding tussen lichaam en geest, en hoe dat met deze vraag te maken heeft. Maar dat houden jullie nog van me tegoed.)
Ik vond twee passages die ik met jullie wilde delen.
Privet spreekt bijvoorbeeld over liefde, die de grote mollen uit het verleden kracht en autoritiet gaf. "Love for other moles before themselves, love for life. That is what the Stone Mole taught long ago, and it is what abides in the Stone's Silence and Light for those who have courage enough to contemplate it. And lack of such love is, perhaps, the Newborns' greatest weakness. I do not doubt their sincerity of sense of right purpose, but somehow, somewhere, they have lost their sense of love for those who they see as weaker than themselves..."
Dat laat dit verhaal ook zien in de persoon van Thripp, die een nieuwe beweging begon uit een oprechte overtuiging. Maar al snel verdween de liefde, en namen onscrupuleuze volgelingen de macht over. Zo gaat het als waarheid niet is gekoppeld aan liefde, genade aan rechtvaardigheid. Dogma heeft liefde nodig en wet genade.
Dat zegt Privet ergens anders ook tegen de Chervil, de zoon van Thripp en zijn beoogde opvolger: "As long as there is one mole among the Newborns with the courage to open his heart to real change there will be hope that all may follow. You must nog make moles do what their hearts tell them not to. No faith is so true, no dogma no certain, no rule so right that it empowers moles to trespass into others' hearts."
En daar zeg ik amen op. Ik heb het al gezegd over Big Brother uit 1984 en zeg het nu ook: God vindt ons hart belangrijk. God vindt onze persoonlijkheid belangrijk. En dus moeten wij anderen ook zo belangrijk vinden. Ieder mens is immers naar Gods beeld geschapen en heeft er dus recht op als persoon te worden behandeld. Met respect. En geen dogma of leerstelling kan hersenspoeling of manipulatie rechtvaardigen.
Op naar boek drie!
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
2 comments:
Aardige tegenhanger:
http://electofgod.blogspot.com/
Hmmm...
Ik heb er even gekeken maar krijg er een beetje rillingen van. Brrr...
Johan
Post a Comment